Is het ooit te vroeg om te praten?

Begin dit jaar las ik een interview met Michael Goss, een Amerikaanse veteraan. Hoe hij in Irak bij een checkpoint, een dag na een zelfmoordaanslag, het vuur opende op enkele schimmen in de nacht. Het bleek een Iraakse familie op de vlucht voor geweld. Goss trof hun achtjarig dochtertje in de borst. Hij probeerde haar nog te reanimeren, maar het was al te laat.

In de maanden die volgden, zakte Goss in een diepe depressie. Dat was in 2005. Nu, bijna twintig jaar later, leidt hij een zwervend bestaan. Het meisje blijft hem achtervolgen. Hij spreekt afgemeten: “Mensen komen op me af en zeggen: ‘Thank you for your service.’ Ik weet dat ze het goed bedoelen, maar ik vraag dan altijd: ‘Weet je wel waarvoor je me bedankt?'”

Dat is een vraag die me heel 2023 bezighield. Want waartegen is oorlog nu eigenlijk een remedie? Dat raadsel werd alleen maar groter door de mantra “voor onderhandelen is het nog te vroeg,” als het ging om Oekraïne. Ik bedoel, is het ooit te vroeg om te praten? Maar blijkbaar valt een oorlog zo niet te beëindigen. Tenminste, volgens politici dan hè. Die hangen de gedachte aan dat bloedvergieten enkel gestopt kan worden door stug door te gaan met bloedvergieten. Volgens diezelfde redenering zou discriminatie dan ook pas stoppen als je stug doorgaat met discrimineren.

En zo belanden we als vanzelf in de Gazastrook, waar een VN-voorstel voor een staakt-het-vuren stukliep op een veto van de VS. Een wapenstilstand zou volgens de Amerikanen “de kiem leggen voor een volgende oorlog.” Ik moest even gaan liggen toen ik dat las. Altijd maar weer die simplistische logica van geweld.

Dat zet je aan het denken. Het hele jaar was er geen enkele haast om welke oorlog, waar dan ook, te stoppen. Integendeel. Rijst meteen de vraag: wie heeft hier baat bij? In ieder geval niet de Oekraïense en Russische jongens aan het front, die het afgelopen jaar alleen maar jonger en jonger zijn geworden (nog even en ze zijn op). Evenmin de Israëlische soldaten, waarvan er elke dag meer en meer een Michael Goss worden.

Al die duizenden en duizenden jongeren, meestal nog geen twintig jaar oud. Zij leveren de lijken, voeden de vleesmolen. Maar verder hebben ze nergens een stem in. Niet in de start van oorlog, niet in het sluiten van vrede. Dat doen politici. Alleen zij zwengelen de machinerie van de oorlog aan. En alleen zij sluiten vrede. Maar dat laatste liever niet, want op de apenrots van de internationale politiek is elke vijand nu eenmaal een weelderig bezit.

En zo rommelt de wereld zich het nieuwe jaar in. Machthebbers die op kerstavond de heilige mis bezoeken. Daar zitten ze, op de eerste rij. Om lastige vragen te voorkomen, hebben ze een kort kerstbestand afgekondigd. In ieder geval gedurende de nacht dat de engelen zongen. Maar daarna weer snel verder! Want vrede, dat moeten we goed voor ogen houden, is slechts die korte periode tussen twee oorlogen in.

Just think of it, war breaks out and nobody turns up

Luuk Koelman
Luuk Koelman

Columnist (o.a. voor Nieuwe Revu), ghostwriter en schrijfcoach. Ik werk voor mensen die graag schrijven én voor mensen die liever niet schrijven.

Abonneer je op mijn gratis nieuwsbrief!