Kijk, daar hebben we Oleg. Oleg is soldaat. Of beter gezegd: wás. Je zou zijn asgrauwe gezicht moeten zien, vlak voordat de lijkzak voorgoed werd dichtgeritst. Een 19-jarige jongen met een snorretje van dons. Nog nooit verliefd geweest. Hij had plannen, een toekomst. Studeren en later misschien wel trouwen.

Maar nu is hij dood. Niemand weet precies hoe. Maar dat doet er ook niet toe. Het maakt niet uit of hij door ‘friendly fire’ werd gedood. Of door een sluipschutter, terwijl hij tegen een boom urineerde. Oleg deed zijn plicht. “Hij stierf voor een groter goed,” staat in de standaardbrief die over enkele dagen bij zijn ouders op de deurmat zal ploffen. “Voor onze vrijheid!”

Een held die vocht aan de goede kant van de geschiedenis. Want of Oleg nu een Rus of een Oekraïner was, voor zijn landgenoten is hij sowieso eervol gestorven. Als een held de dood ingegaan. Laten we dat laatste vooral niet vergeten. Wat telt, is dat hij zijn ‘ultieme offer’ bracht op het altaar der vrijheid. Want de Russische Oleg vocht tegen de neonazi’s. En de Oekraïense Oleg tegen de nieuwe Hitler.

Ooit is deze oorlog voorbij en zullen beide partijen hun doden eren. Dan zal Olegs naam, samen met die van tienduizenden anderen, prijken op een oorlogsmonument in zijn eigen land. Zo’n lange, glorieuze gedenkmuur op een kerkhof. Ter inspiratie, want in de taal van de oorlogsretoriek belichamen al deze gevallenen de triomf over de dood. Zij zullen voor eeuwig worden herinnerd. Ja, een held als Oleg inspireert. Hij moedigt degenen die na hem komen aan om precies hetzelfde te doen. Om desnoods ook dat ultieme offer te brengen en zo voor eeuwig een held te zijn.

Politici zullen kransen leggen. Niet om ons duidelijk te maken dat in die hele verdomde oorlog, dat eindeloze bloedvergieten, geen enkele betekenis schuilgaat. Nee, ze buigen plechtig, omdat die muur met namen ons moet doen geloven dat het allemaal de moeite waard was. Opdat we het een volgende keer wéér doen. Want ook die volgende oorlog zal een heilige zijn. Net als alle voorgaande. Een strijd die de wereld moet zuiveren van het kwaad.

Herdenken is spreken namens de doden. Maar dat doen politici nooit. Niemand spreekt namens Oleg. Geen woord over het grootste taboe van elke oorlog. De mogelijkheid dat soldaten voor niets sneuvelen. Dat heldendom niet bestaat. Je leven gegeven, dood voor wie? Niemand die het weet. Want Oleg werd ook maar gestuurd. Zonder al te veel plichtplegingen naar het front gedirigeerd, gedwongen om te vechten. Van Poetin weten we dat. Maar voor Zelensky geldt precies hetzelfde. Op de dag van de inval sloot hij alle grenzen voor Oekraïense mannen tussen de 18 en 60 jaar. Want of ze nu willen of niet, zij zijn de uitverkorenen. De helden in spe. Ook zij kunnen de dood overwinnen. Net als Oleg.

Luuk Koelman
Luuk Koelman

Columnist (o.a. voor Nieuwe Revu), ghostwriter en schrijfcoach. Hij werkt voor mensen die graag schrijven én voor mensen die liever niet schrijven.

Abonneer je op mijn gratis nieuwsbrief!