Spiegeltje, spiegeltje aan de wand 

Elke ochtend even de dood in de ogen kijken. Binnenkort kan het. Gewoon, in je badkamer, tijdens het tandenpoetsen. Op de Consumer Electronics Show (CES) in Las Vegas werd deze maand de MagicMirror gelanceerd. Een slimme spiegel die met een ingebouwde camera alle bloedvaten onder je gezichtshuid scant.

Kunstmatige intelligentie vertaalt vervolgens alle gemeten variabelen (meer dan honderd) in een karrenvracht aan gezondheidsdata en projecteert die pal voor je neus, op de spiegel. Zoals je hartslag, lichaamstemperatuur en stresslevels. Maar ook hoe groot de kans is dat je binnen tien jaar hart- en vaatziekten ontwikkelt, diabetes krijgt, ten prooi valt aan een depressie, of nog erger, een beroerte. Met als kers op de taart een nauwkeurige voorspelling van het moment waarop je – meest waarschijnlijk – zult komen te overlijden, en waaraan.

“Ideaal voor klinieken en verzorgingstehuizen,” jubelt de fabrikant.

Vragen doemen op. Wat kun je allemaal met zo’n spiegel, behalve hem als verjaardagscadeau aan je schoonmoeder geven? En heeft de fabrikant al een MagicMirror naar het Witte Huis gestuurd? Of nog beter, waarom laten we Trump en Biden, straks tijdens hun eerste grote live tv-debat, niet verplicht in die spiegel kijken? Benieuwd hoelang de MagicMirror beide heren nog geeft.

De fabrikant windt er geen doekjes om. Hun AI-spiegel meet veel, maar is vooral goed te promoten als een slim apparaat dat onheil voorspelt. En dan ook nog eens het grootste onheil van al! Ja, daar heeft de hedendaagse consument wel oren naar. Ik ken genoeg kerngezonde lui die elke dag met hun smartwatch een hartfilmpje maken. Je weet immers maar nooit. Voor hen is die spiegel ideaal. Je elke ochtend zorgen maken over de eigen eindigheid.

Zo voegt de MagicMirror weer een extra dimensie toe aan de angst voor het eigen spiegelbeeld. Want wie is daar niet bevattelijk voor, zeker als de jaren gaan tellen? Ik kan erover meepraten. Naarmate ik ouder word, herken ik mezelf steeds minder in de persoon die ik elke ochtend tijdens het scheren zie. De vreemde gestalte die mij recht aankijkt, zolang ik hem ook in de ogen kijk. Iemand die steeds meer op wijlen mijn vader begint te lijken. Dat is al confronterend genoeg. Alsof lichaam en geest steeds verder uit elkaar drijven.

Eigenlijk vertelt de MagicMirror je elke ochtend datgene wat je allang weet: nobody gets out alive. Het vertaalt de gedachte, dat het een dagelijks wonder is te leven, in angst. Dankbaar gebruik makend van het feit dat maar weinig mensen zich kunnen neerleggen bij de eindigheid van alles.

Enjoy your life till they drop the curtain,’ zeggen de Britten daarom altijd. Dat is een mooie tekst om in een analoge badkamerspiegel te laten graveren. De erkenning en acceptatie dat leven en dood twee kanten van dezelfde medaille zijn. Daar doet een mens doorgaans al een heel leven over. Het besef dat ouder worden een voorrecht is en we allemaal een leven lang onderweg zijn naar helemaal niets, zónder te weten wanneer we daar aankomen.

Luuk Koelman
Luuk Koelman

Columnist (o.a. voor Nieuwe Revu), ghostwriter en schrijfcoach. Ik werk voor mensen die graag schrijven én voor mensen die liever niet schrijven.

Abonneer je op mijn gratis nieuwsbrief!