Denk je dat jij het zwaar hebt als columnist, blogger of anderszins creatief persoon? Ooit wel eens gedacht aan je naasten? Aan die arme drommels die jouw pennenvrucht ‘mogen’ lezen, en waar jij dan een fijne reactie van verwacht?
Wees eens lief en laat ze onderstaand lijstje lezen:
Je hebt nog nooit zoveel wartaal gelezen; geen idee waarover het überhaupt gaat:
“Wauw, wat een diep verontrustende tekst! Het suggestieve karakter zal de lezer zeker aanspreken!”
Je krijgt een in eigen beheer uitgegeven roman onder ogen waar je écht he-le-maal niets aan vindt:
“Wat een prachtige uitgave! Vooral de cover, wie heeft die ontworpen? Ken je nog ander werk van hem?”
Je hebt net een waardeloze column onder ogen gekregen:
“Ik weet niet wat het is met deze column, maar hij ademt, hoe zal ik dat zeggen, een vreemdsoortige schoonheid uit.”
Is de schrijver of schrijfster in kwestie jong?
Grijp die kans voor je uitvlucht: “Wat een frisse tekst!”
Een oude schrijver?
“Wat ongelooflijk volwassen geschreven!”
Of als je het echt niet meer weet:
“Wat een prestatie!”
“Wauw, hier moet je wel heel hard aan hebben gewerkt!”
“Nou, wat een dikke pil!” En terwijl je het boek wegend in je hand houdt: “dat heb je toch maar mooi klaargespeeld. Niemand die nu nog kan zeggen dat je dat niet hebt gedaan.”
Is het zijn tweede in eigen beheer uitgegeven werk en weer net zulke bocht als het vorige?
“Dit is echt de overtreffende trap in je oeuvre!”
Hoe maak je hem heel voorzichtig duidelijk dat hij zijn pen maar beter aan de wilgen kan hangen?
“Dit is echt je magnum opus.”
Wil je er écht van af?
“Ik denk niet dat deze pennenvrucht voor mij is bedoeld.”