Hoe groen was Groenland nu echt?

Hoe zit dat nu met die opwarming van de aarde? Klimaattwijfelaars wijzen naar Groenland als bewijs dat temperatuurwisselingen van alle tijden zijn. Heet Groenland nu zo, omdat daar ooit, heel lang geleden, geen ijs lag en alles sappig groen was?

Voor weekblad Panorama maakte Luuk Koelman een serie van negen interviews met zijn broer Vianney, professor aan de Technische Universiteit Eindhoven. Dit is aflevering 4.

Foto’s: Paul Tolenaar

“Uiteindelijk zal het smeltwater van Groenland de zeespiegel met ruim zeven meter doen stijgen”

Zeg broer, ik hoor en lees dat temperatuurwisselingen van alle tijden zijn. Groenland heet bijvoorbeeld Gróénland omdat het daar ooit, heel lang geleden, groen was. Toch?
Nee. Daar komt de naam Groenland niet vandaan. Een IJslandse sage wil dat de Viking Erik de Rode ooit met de naam Groenland op de proppen kwam. Niet omdat het daar groen was, maar omdat hij het wilde aanprijzen bij zijn landgenoten. Het is een marketingleugentje, bedoeld om een ijzig, wit land aantrekkelijker te maken.

Maar er zijn daar toch tekenen van prehistorische landbouw aangetroffen?
We weten dat de Vikingen zo’n duizend jaar geleden in het zuiden van Groenland aan landbouw deden. Maar dat is niet opzienbarend. Ook nu is er landbouw in de zuidelijke kustgebieden van Groenland. Het is allemaal van bescheiden omvang, maar het is er.

Ja, en?
De overeenkomst tussen toen en nu is dat we in beide gevallen te maken hebben met een relatief warm klimaat in Groenland. Maar het grote verschil is: toen was die opwarming slechts regionaal. Nu ondergaan we een door mensen veroorzaakte wereldwijde opwarming. Het is overal.

Maar opwarming kan toch onderdeel zijn van de natuur? En niet door de mens veroorzaakt?
Het is uitgesloten dat dit de natuur is. Het is belangrijk om wereldwijde klimaatverandering te onderscheiden van regionale klimaatveranderingen. Regionale klimaatveranderingen zijn van alle tijden. Maar dat we nu een wereldwijde klimaatverandering doormaken, is echt een unicum. Sinds jij en ik geboren zijn, is het gehele aardoppervlak bijna een graad opgewarmd. Dat is ongehoord. In vergelijking met natuurlijke tijdschalen hebben we te maken met een duizelingwekkende snelheid.

Leg uit!
De temperatuur van de aarde kun je vergelijken met de positie van een olietanker. Een olietanker die van nature wat ronddobbert. Dat gaat ongelooflijk traag, maar over de loop van duizenden eeuwen komt dat enorme gevaarte toch op verschillende plekken terecht; dat zijn de natuurlijk temperatuurschommelingen. Nu zien we echter iets compleet anders. Die kolos vaart als een streep volle kracht vooruit, één kant op.
Dus als iemand vraagt: “ja, maar die olietanker komt uiteindelijk toch gewoon aan in wateren waar we duizenden eeuwen geleden ook al waren?” dan zeg ik: “dat zal best, maar nu zijn we met een rotgang naar diezelfde plek onderweg!”

Maar dat bewijst nog altijd niet dat de mens de oorzaak is van die snelle temperatuurverandering.
In de analogie van de olietanker: de snelheid die we waarnemen kan alleen maar ontstaan als het gaspedaal ingetrapt wordt. Of bij een schip moet je, geloof ik, spreken van de scheepstelegraaf, die hendel voor ‘volle kracht vooruit’. Maar hoe dan ook, we weten dat ‘volle kracht vooruit’ op die olietanker gelijk staat aan ‘ongebreidelde CO2-uitstoot’. De Zweedse wetenschapper Arrhenius toonde 125 jaar geleden al aan dat CO2 in de atmosfeer het effect heeft van een isolerende deken die de warmte van de zon vasthoudt op aarde. Hij rekende uit dat een verdubbeling van de CO2-concentratie een temperatuurverhoging van zo’n vijf graden oplevert. Saillant detail: Arrhenius was blij met die uitkomst. Hij dacht dat de mensheid deze mogelijkheid tot temperatuurverhoging wellicht nodig zou hebben om toekomstige ijstijden af te wenden.

Wat betekent dat dan voor die zogenaamde olietanker?
Als je ronddobbert met je olietanker en je weet dat er gebieden op de oceaan zijn waar het niet goed toeven is, dan is het een hele geruststelling wanneer je op dat schip een werkende aandrijfhendel ontdekt. Handig om voorzichtig bij te sturen, mocht dat ooit een keertje nodig zijn. Maar inmiddels zijn we 125 jaar verder en moeten we vaststellen dat we die hendel al die tijd op vol vermogen open hebben gezet. We hebben door kolen en olie te verbranden enorme hoeveelheden CO2 in de atmosfeer gedumpt. En als je met de theorie van Arrhenius uitrekent hoeveel globale temperatuurverhoging dit moet opleveren, dan klopt dat met wat we nu waarnemen. Kortom: we dobberen niet rond. Als mensheid zetten we de scheepstelegraaf al meer dan een eeuw ononderbroken op volle kracht vooruit. En de versnelling van het schip klopt met de stand van de hendel.

En nu?
De CO2-concentratie in de atmosfeer is nu anderhalf keer hoger dan in de periode voordat de mens op grote schaal kolen, olie en gas ging verbranden. En we razen alsmaar sneller vooruit naar steeds hogere concentraties. We liggen op ramkoers.

Maar we kunnen onze uitstoot toch afremmen? Neem nu de Coronacrisis. Die heeft al een enorme rem gezet op onze CO2-uitstoot. Dus zo snel vaart die olietanker niet meer.
Zoals het er nu naar uitziet, zet de Coronacrisis geen rem op de snelheid. Hooguit hapert onze accelaratie even. Vergeet niet: zelfs al laat je het gas helemaal los, dan nog duurt het lange tijd voordat die olietanker tot stilstand komt. Waarmee ik wil zeggen: zelfs als we nú op dit moment – groot wonder – plotsklaps met z’n allen helemaal C02-neutraal zouden zijn, dan nog duurt het vele jaren voordat de wereldwijde temperatuurstijging stopt.

Maar we komen toch uit de Coronacrisis met een blijvend lagere CO2-uitstoot? Er is toch iets fundamenteel veranderd wat betreft ons fossiele energieverbruik (kolen, olie en gas)?
Daar moet je geen hooggespannen verwachtingen van hebben. Duurzame energie krijgt veel goede pers, maar bedenk: tot aan de Coronacrisis was fossiele energie de snelst groeiende component in het wereldwijde energiesysteem. Ons fossiele energieverbruik groeide bijna drie keer sneller dan de gezamenlijke groei van energie uit zon en wind.

Maar ik lees overal dat daar nu blijvend verandering in is gekomen.
Nee. Wat je nu ziet is een tijdelijke, geringe daling in het fossiele energieverbruik. Ik zeg ‘tijdelijk’, omdat deze dip in verbruik een directe prijsdaling van fossiele brandstoffen tot gevolg heeft. De vraag bepaalt immers de prijs. Maar op het moment dat we de Coronacrisis achter ons laten, zul je een enorme groei zien van de vraag naar goedkope fossiele brandstoffen. En die groei zet door totdat de prijs weer opveert tot het prijsniveau van voor de crisis. De slotsom is dan ook dat het wereldwijde verbruik – corresponderend met dit prijsniveau – niet lager zal zijn dan vóór de Coronacrisis.

Nou, lekker dan. Dus wereldwijd nemen de temperaturen nog wel even toe. Misschien wordt Groenland uiteindelijk in z’n geheel dus toch een groene oase?
De gemiddelde dikte van de Groenlandse ijskap is ruim 2 kilometer. Daar is ijs bij dat meer dan een miljoen jaar oud is. Al dat ijs krijg je niet in één klap weg. Zelfs als we op de huidige weg doorgaan en grote hoeveelheden CO2 blijven uitstoten, dan zal weliswaar de temperatuur wereldwijd veel meer stijgen dan die 2 graden uit het Parijs-akkoord, maar dan nog smelt al dat ijs echt niet binnen een of twee generaties.

Maar uiteindelijk?
Uiteindelijk, denk aan een tijdschaal van meerdere eeuwen, zal die ijskap in zijn geheel smelten. Met als neveneffect dat het smeltwater van Groenland de zeespiegel wereldwijd met ruim 7 meter zal doen stijgen. Zo liggen de feiten. En ja, met de dan heersende temperaturen zal Groenland eindelijk groen zijn en z’n naam eer aan doen.

De overige 8 afleveringen uit deze serie vind je hier.

Luuk Koelman
Luuk Koelman

Columnist (o.a. voor Nieuwe Revu), ghostwriter en schrijfcoach. Ik werk voor mensen die graag schrijven én voor mensen die liever niet schrijven.

Abonneer je op mijn gratis nieuwsbrief!