Iedere ouder weet wat er gebeurt als je je kind aanleert bang te zijn voor alles. Het raakt verknipt en durft uiteindelijk niets meer. Met volwassenen is het precies zo, dacht ik toen ik las welke vragen burgemeesters op zich afgevuurd krijgen tijdens informatieavonden: “Mijn dochter zit vlakbij een AZC op school. Kunt u garanderen dat er geen IS-strijder tussen de vluchtelingen zit?”
Veel Nederlanders zijn bang. Bang voor de islam, bang voor Europa, bang voor globalisering, bang voor de vogelgriep, bang voor de Mexicaanse griep, bang voor pedofielen, bang voor incest, bang voor aanslagen, bang voor ontslagen, bang voor het onbekende, bang voor de toekomst.
Bang voor het leven.
Die Nederlanders noem ik altijd de kinderen van Geert. Ik zie ze nooit, want Geert woont in een klein huisje diep in het bos. De raamluiken zijn altijd dicht. Hij heeft vijftien sloten op zijn voordeur, maar dat moeten er meer dan dertig worden. Daar verheugen de kinderen van Geert zich enorm op. Probeer dan nog maar eens binnen te komen!
Elke dag zit Geert achter zijn computer. Twitteren is zijn lust en zijn leven. Alle kinderen lezen gretig mee op hun tablet. Bij elke tweet kirren ze van plezier. Papa zegt precies waar het op staat: Mark is een lafaard, Lodewijk een loser en verder is iedereen daar buiten knettergek.
Want je hebt buiten en binnen. Wat dat betreft zit de wereld simpel in elkaar. Buiten spelen doen de kinderen van Geert niet. Het is daar niet pluis. Hebben ze dan wel eens iets vervelends meegemaakt? Nee, dat niet, maar ze kennen de verhalen van andere kinderen die weer verhalen hebben gehoord over kinderen die wél iets vervelends hebben meegemaakt.
Heel soms wordt er aangebeld. Dan gillen de kinderen van angst. Huilend slaan ze hun armpjes om papa’s bovenbeen, zoeken beschutting achter zijn rug. Gelukkig doet papa nooit open. Het duurt dan altijd uren voordat de rust is weergekeerd.
’s Avonds voor het slapen gaan laat papa plaatjes zien. Soms een filmpje. Hij praat er altijd op schelle toon bij, met consumptie. Kijk, die meneren in het zwart willen ons pijn doen. Zien jullie al dat bloed en dat losse hoofd? Zo ziet de wereld eruit aan de andere kant van de luiken. Enkel zand. En mensen die onze welvaart bedreigen. Aan ons huisje willen knabbelen. Eerst de Marokkanen, toen de Grieken en nu dus de Syriërs. “Houdt het dan nooit op?” piepen de kindertjes in koor. Papa schudt zijn hoofd. Nee, het houdt nooit op. Hij knipt het licht uit.
Het is aardedonker. Buiten loeit de wind om het huisje. Alle kinderen zijn nu klaarwakker. Ze horen hout kraken… Moslimterroristen onder het bed! Asielzoekers in de kast! Angstig kruipen ze dicht tegen elkaar aan. Nu niet huilen, maar dapper zijn. Beneden is papa Geert. Hij beschermt ons. Hier zijn we veilig.