Bij de dood van mijn vader

Ik mag hem dan gehaat hebben, maar dat is het niet alleen. Hij is ook mijn vader en ik houd van hem.

Pa ligt hoog in de kussens. Zijn bed staat in de woonkamer. De wijkverpleegkundige is net geweest, zijn katheter geleegd, de luier verwisseld. Compleet uitgeput is hij nu, door het vocht in zijn longen. Als ik zijn hand in de mijne neem, voel ik de botten. Het is alsof hij langzaam doorschijnend wordt.

Spreken lukt hem nauwelijks nog. Ik buig me naar hem toe, mijn oor vlakbij zijn mond. Pa roert in zijn leven. Het gaat over mama, over hun scheiding. En daarna over al die keren dat hij boos was. Op mij of op iemand anders. Of op instanties, vloekend dat hij aan alle kanten beduveld werd. Ja, eigenlijk was pa altijd boos. Een boze perfectionist. Boos op de wereld, boos op zichzelf. Niemand die hem begreep. Ook mama niet. Sneuvelend vaatwerk. Altijd ruzie.

Mijn gelukkige herinneringen aan hem, ik kan ze op één hand tellen.

Zeven jaar geleden kwam de diagnose, toen zijn flat verpauperde en iedereen dacht aan beginnende dementie. Maar nee. Pa, hoog intelligent, zat volgens zijn geriater diep in het autistisch spectrum. Zijn hele leven al. Pas op zijn 83e was hij, voortstrompelend in ouderdom, niet langer in staat zijn eigen hang naar perfectionisme bij te benen. Het kaartenhuis stortte in.

Pas toen begreep ik waarom hij de man was die hij was. Mensen van zich af stotend, gevangen in zijn onvermogen. Een Don Quichotte die zijn eigen oorlog vocht.

Weer fluistert hij iets en weer buig ik me naar hem toe. Het gaat over heel vroeger, hoe hij als enige uit een gezin van tien kinderen naar kostschool moest. Teruggeworpen op zichzelf, een buitenstaander, altijd anders dan de rest.

Ik streel zijn hand, waar de kou al in zit. “Pa, je hebt je best gedaan. Dat is voldoende. Het is goed zo.” Hij kijkt me aan met lege ogen, die weer voor even bewoond lijken. “Geen ruzie maken…” fluistert hij.

Zo zaten we zijn allerlaatste middag uit. Voor het eerst in mijn leven pa’s hand in de mijne. Raar is dat. Pas als je weet dat je los moet laten, houd je elkaar vast.

Luuk Koelman
Luuk Koelman

Columnist (o.a. voor Nieuwe Revu), ghostwriter en schrijfcoach. Ik werk voor mensen die graag schrijven én voor mensen die liever niet schrijven.

Abonneer je op mijn gratis nieuwsbrief!