Alsof zo’n dier een keuze heeft

Bonfire is dood. Het paard waarmee Anky van Grunsven voor het eerst olympisch goud won, overleed maandag op de gezegende leeftijd van dertig jaar. Het dier kan terugkijken op een glanzende carrière, las ik ergens. Tsja, het is maar net welke menselijke eigenschappen je een paard toedicht.

Met paarden is iets vreemds aan de hand. Ze hebben geen poten maar benen, geen kop maar een hoofd. Edele dieren zijn het. De mens is hen schatplichtig, want als één dier een verleden heeft als slaaf van de mens, is het wel het paard. Neem nu de Eerste Wereldoorlog. Paarden sleepten kanonnen door de modder richting frontlinie. Ze sneuvelden bij bosjes: acht miljoen in vier jaar tijd. Ze werden geraakt door mitrailleurvuur, aten door mosterdgas vergiftigd gras of stierven door uitputting.

Tegenwoordig houden we paarden puur voor ons plezier. Ze geven zoveel liefde, heet het dan. „Paarden houden je een spiegel voor. Ze reageren eerlijk en open, en hebben nooit een vooropgezet plan zoals mensen.” Ja, de band met een paard kan sterk zijn, ook al is het een vluchtdier. Dat maakt de uitdaging extra groot het te onderwerpen.

Daar zit je dan op de rug van een levend wezen dat ook nog eens veel groter en sterker is dan jij. Hoe fijn is het dan voor je zelfbeeld wanneer dat enorme slagschip op jouw aangeven als een ballerina naar het midden van de bak huppelt, daar een pirouette maakt en vervolgens, voor het hokje van de jury, een buiging met het hoofd? Elke pas geregisseerd, enkel en alleen omdat wij mensen dat mooi vinden.

Wat is dit in godsnaam voor circus? Een paard is überhaupt niet gebouwd om een mens te dragen en vraagt er al helemaal niet om getemd – laat staan gedresseerd – te worden. Ja, op een gegeven moment doet een paard precies wat jij wilt, mits zijn instincten hem niet in de weg zitten.

Hij wil voor me werken, heet het dan. Zelfs het woord vriendschap wordt gebruikt. Hoe gênant wil je het hebben? Alsof zo’n dier een keuze heeft. Geen paard dat uit vrije wil doet wat mensen willen. Het is hem opgedrongen, in gevangenschap, want waar dienen anders dat zweepje en de metalen sporen voor die bij elk danspasje in de flanken priemen? Alles ter meerdere eer en glorie van de mens.

Een gedresseerde tijger of aap vinden we zielig, maar een gedresseerd paard is de normaalste zaak van de wereld. Eerlijk gezegd zie ik het verschil niet. Mijn stelling: als je van dieren houdt, klim je niet op de rug van een paard. Dan maar geen goud.

Luuk Koelman
Luuk Koelman

Columnist (o.a. voor Nieuwe Revu), ghostwriter en schrijfcoach. Hij werkt voor mensen die graag schrijven én voor mensen die liever niet schrijven.

Abonneer je op mijn gratis nieuwsbrief!